Op zaterdag 20 april werd in zaal Ter Voert in Megchelen het nieuwe boek getiteld “Theo Nijland, de man met de lange ladder ” gepresenteerd.
Theo Nijland, de man met de lange ladder vertelt het verhaal van het gezin van Theo en Lieske Nijland uit het kleine grensdorp Megchelen in de Achterhoek. Het paar trouwt in de crisisjaren, sticht samen een gezin en wordt vervolgens geconfronteerd met de harde werkelijkheid van de Duitse bezetting. Met het einde van de oorlog in zicht wordt het gezin getroffen door een dramatische gebeurtenis. Dit boek is een ode aan de kracht, strijdbaarheid, doorzettingsvermogen, geloof en de liefde van eenvoudige, hardwerkende mensen als Theo en Lieske, hun kinderen en dorpsgenoten in tijden van crisis, oorlog en wederopbouw.
Sabine Nijland (1967), kleindochter van Theo en Lieske, schreef dit aangrijpende boek vanuit het perspectief van haar vader Bennie. Sabine groeide op in Zeddam, studeerde theologie en was werkzaam als pastor en geestelijk verzorger. Daarnaast was ze trauma-counselor en geestelijk begeleider. Eerder schreef ze Uw weg, mijn weg en Om wie jij bent.
Specificaties
Auteur: Sabine Nijland
Eindredacteur: Nico Lettinck
Eindredactie streektaal: Marije Stomps
Projectmanager: Geert Wendt
ISBN: 978-90-832579-4-5
Type: hardcover
Prijs: € 24,95
Aantal pagina’s: 152
Het is te bestellen via ; https://achterhoekuitgevers.nl/bestellen/
.
Het mooie aan dit boek is dat er ook in het dialect c.q. streektaal wordt geschreven.
B.v. de Leer = de ladder, Pillen = dikke sneeen brood, de Piep laeg = moe, Pot-deur-mekare = stamppot, Tuutenhok = kippenhok, ’t Huuske = het gemak c.q. de wc, Haoks en Lieke = haaks en recht, Buutn aosem = buiten adem, enz,enz.
Theo Nijland maakte deel uit van het plaatselijke verzet. Hij heeft samen met andere leden van dat verzet vele dwangarbeiders uit Kamp Rees geholpen. Maar hij ging s’nachts ook vaak alleen op pad. Hij nam dan zijn zelfgemaakte lange houten ladder mee. Hij hielp dan de dwangarbeiders met het oversteken van “de Lander” Hij legde zijn ladder over het smalle riviertje heen en de dwangarbeiders kropen via deze ladder van Duitsland naar Nederland.
“De lander” is een grensriviertje welke op de grens van Duitsland en Nederland ligt.
.
Hieronder wat pasages uit het boek.
.
Op 25 maart 1945 zat Theo en zijn gezin ( hij, zijn vrouw, zijn schoonmoeder en 10 kinderen ) in de kelder van hun woning. Ze waren aan het schuilen want “Operatie Plunder “was aan de gang. De geallieerden staken bij Rees de Rijn over.
Twee Duitsers kwamen bij de woning van Theo ( in Megchelen ) . Ze betraden de schuilkelder en gaven Theo het bevel om met zijn lange ladder naar “de Lander”te gaan. Een van die Duitsers drukte daarbij de punt van zijn geweer in de buik van Theo.
Deze Duitsers bevonden zich in Nederland en wilden vluchten naar Duitsland, maar moesten daarbij “de Lander” over. Dus moesten ze de lange ladder en de hulp van Theo hebben. Theo wist namelijk de weg en had een ladder die lang genoeg was om de grensrivier over te kunnen steken.
Terwijl hij en de twee Duitsers op weg gingen naar de schuur waar de lange ladder lag, ging het luchtalarm af, sirenes loeiden en er vielen bommen.
De Duitsers sommeerden hem om snel de ladder te pakken en rap naar “de Lander” te gaan. Een van hen drukte zijn geweer in de rug van Theo.
De ladder was normaliter makkelijk te dragen, maar nu voelde hij lood en loodzwaar. Theo was erg bang. Niet om te sterven, maar om zijn vrouw en al zijn kinderen achter te moeten laten.
Zoveel mensen hadden gebruikt gemaakt van zijn ladder. Ze hadden er op gelopen, gekropen, zelfs op handen voeten. Via deze ladder hadden ze de weg naar de vrijheid gevonden.
Terwijl hij vlak bij “de Lander” was aangekomen, lopend in het weiland, werpen de geallieerde vliegtuigen bommen af. Theo laat zich op de grond vallen. Het waren splinterbommen. Een scherf treft Theo in zijn borst. Hij zakt in elkaar en valt in het gras.
Een dorpgenoot ziet alles gebeuren en roept de hulp in van kapelaan Terhorst. Samen met de kapelaan lopen ze naar Theo. Hij is zwaargewond en ze brengen hem naar zijn huis. Enkele uren later sterft Theo.
Op 28 maart 1945 komen de geallieerden de zuidelijke kant van Megchelen binnen. Om alle nog aanwezige Duitsers, die zich mogelijk nog in de omliggende boerderijen verschansen, uit hun hol te jagen, branden ze alles plat.
Terwijl ze in de schuilkelder zitten volgt er een klap, een ontploffing, hun huis staat in een mum van tijd in lichterlaaie. Via het kelderraam vluchten ze allemaal de kelder uit. Ook oma, die bij het gezin van Theo inwoonde, werd door het kelderraam geduwd. Het gezin verstopte zich achter het kippenhok. Dit was het enige gebouw dat niet in brand stond. De oudste twee kinderen, zijnde Bennie en Gert, redden het vee, bestaande uit 2 koeien en wat varkens en kippen.
Van de honderdnegenenvijftig huizen en boerderijen stonden er op 29 maart 1945 er nog maar vier onbeschadigd overeind.
Het gezin van Theo heeft na 29 maart 1945 nog een hele poos in het kippenhok moeten wonen. Enkele kinderen werden bij familie of vrienden ondergebracht. In 1951 kregen ze een nieuwe boerderij en konden ze het kippenhok verlaten en was het gezin weer compleet. Alleen Theo ontbrak.
.
Dit boek is meer dan de moeite waard. het is mooi dat Sabine Nijland het verhaal over haar familie op papier heeft gezet.
Sabine Nijland had het erg druk deze middag.
Leave A Comment